Bint Mbareh onderzoekt hoe klanken een gemeenschappelijke bron vormen voor ritueel en transformatie. Voor haar masterscriptie aan de Goldsmith University in Londen zoomde ze in op de zogenoemde regenliederen en -rituelen waarmee Palestijnse vrouwen het droge in het natte seizoen doen overgaan. De thesis mondde uit in exposities, publicaties en een performance met geïmproviseerde zang.
Ook in deze opvolger peilt Mbareh naar de tijd en hoe mensen ze proberen te controleren. Deze keer onderzoekt Mbareh de bevrijdende kracht van de dood. Een gevoelig thema, want Palestijnen worden dikwijls bekritiseerd om hun verheerlijking van het jonge martelaarschap. Maar de dood kan ook groei betekenen. Kijk maar naar schimmels. Die worden wereldwijd niet alleen gebruikt om de collectiviteit in gemeenschappen te verhogen, in de natuur dragen gestorven schimmels bij aan de bloei van de rest van de gemeenschap. Kunnen paddenstoelen ons anders laten nadenken over de dood?
Deze performance linkt de schimmels aan het martelaarschap met als bindmiddel traditionele aan Palestijnse muziek. Hoe kunnen de dood ritualiseren zonder die te romantiseren? Hoe kunnen Palestijnse rouwrituelen – zoals ondergrondse schimmels – een plaats creëren voor collectieve heling? Via improvisaties met stem, muziek en visuals én aan de hand van levende materialen op scène (zoals mycelium of zwamvlok) vertelt Mbareh over dood, tijdservaring en onszelf.
met de steun van Mophradat